In het Belgische Kasterlee (onder Turnhout) heeft Frans Smets (58) samen met zijn vrouw Rita (57) een opfokbedrijf voor scharrelleghennen. Rita heeft een deeltijdbaan en helpt als het druk is mee op het bedrijf. Hun twee stallen uit 2004 bieden plaats aan de opfok van 39.500 scharrelleghennen; in de nieuwere stal uit 2010 kunnen 59.500 scharrelleghennen. Voor alle drie de stallen koos Frans voor het Jump Start-systeem van Vencomatic Group. Frans Smets was in Vlaanderen de eerste pluimveehouder die het Jump Start systeem van Vencomatic Group op zijn bedrijf installeerde. Met Jump Start kan Frans de pluimveehouders die hennen van hem afnemen, perfect getrainde dieren leveren.
Voordat Frans Smets pluimveehouder werd, werkte hij veertien jaar als timmerman. Begin jaren 90 nam hij in Kasterlee een vleeskippenbedrijf met twee stallen over. Frans: “In 1993 ben ik begonnen met braadkippen. Mede door de dioxinecrisis vroeg ik me rond 2003 af hoe ik met ons bedrijf verder wilde. Omdat ik zag dat er een grote vraag was naar scharrelhennen, ben ik in 2004 met opfok begonnen. Voordeel van opfok is dat je regelmatig een rustperiode voor jezelf hebt. Wat ook meespeelde was dat ik geen zin had om eieren te rapen.” Hij bouwde zijn twee stallen om voor de opfok van 39.500 scharrelleghennen. Daarbij koos hij voor het toen nieuwe Jump Start systeem.
Frans weet nog goed dat in 2004 de verkoper van Vencomatic Group bij hem aan de keukentafel zat voor de prijsonderhandeling. De vertegenwoordiger hield een mooi verkoopverhaal over Jump Start toen hij opeens zijn verhaal onderbrak. Frans: “De verkoper keek me aan en zei: ‘Ach, u koopt als Vlaming toch niets van een Nederlander denk ik.’ Toen heb ik een Trappist ingeschonken. En enkele Trappisten verder hebben we de handtekening gezet en was de koop rond.”
Frans was in Vlaanderen de eerste pluimveehouder die het Jump Start systeem op zijn bedrijf installeerde. Door collega-pluimveehouders maar ook door de mensen van de broederij werd hij voor gek verklaard. “Ze zeiden tegen me: ‘Terug naar loslopend, dat is toch terug naar af.’ Maar ik geloofde in Jump Start en de vergoeding voor opfok was goed.” In 2010 bouwde Frans op een tweede locatie iets verderop een nieuwe stal voor 59.500 scharrelleghennen en koos opnieuw voor het Jump Start systeem. Hij is bijzonder te spreken over de hoge uniformiteit die het systeem levert: 93 procent bij bruine en 96 procent bij witte hennen.
Maar minstens zo belangrijk voor Frans is dat Jump Start de belofte waarmaakt van ‘perfect getrainde hennen’ die het goed zullen gaan doen in een volièresysteem. “Vanaf dag 10 wordt het lierbaar plateau met water per keer met 4 centimeter omhoog getrokken. Om aan het water te komen, leren de hennen dus om steeds hoger te springen.” Uiteindelijk hangt het drinkniveau op 1,5 meter en kunnen de hennen goed springen. Dat merkt Frans als hij op 17 weken ’s avonds het licht uitdoet en de dieren allemaal zo hoog mogelijk in hun onderkomen zitten. Frans: “Als de hennen tegen de avond omhoog het systeem in springen, vinden ze in de morgen direct water en voer en dat zorgt voor die hoge uniformiteit. Dat is ook het grote voordeel van Jump Start ten opzichte van een rijensysteem met water en voer op hetzelfde niveau. Voordeel van een rijensysteem is wel dat je er minder werk mee hebt. Ik kies dus voor wat meer werk maar wel met veel meer uniformiteit.”
Uiteindelijk wil natuurlijk ook de pluimveehouder die de hennen van Frans afneemt, perfect getrainde dieren. Frans wil dat de legboer content is want hij betaalt veel voor de leghennen; hij moet er zijn geld mee kunnen verdienen en dat betekent onder meer zo weinig mogelijk grondeieren. Frans: “Duizend grondeieren per dag rapen dat is echt een nachtmerrie. Daarom moeten de hennen geleerd hebben om ’s avonds boven te gaan zitten want dan leggen ze ’s morgens hun ei in het legnest. Dat is de gedachte achter die springtraining van het Jump Start systeem.”
De Vlaamse pluimveehouder is content met het systeem al zorgen sinds drie jaar de hennen met hele snavels nog wel eens voor problemen. Frans: “De KAT wil geen hennen meer die ontbekt zijn en de boeren zijn daarmee akkoord gegaan. Uit verveling maar ook als bijvoorbeeld de darmgezondheid niet 100 procent is, kan pikkerij optreden. Vooral omdat de dieren in het Jump Start systeem vrij rondlopen, moet je dat goed in de gaten houden. Dus luzerne er bij en pikstenen; een steen per 1.000 kuikens. Verder is het een kwestie van bijsturen op voer en licht. En muziek opzetten: popmuziek van Studio Brussel.” Frans vertelt dat hij de muziek redelijk hard zet en zo ontstaat een soort ‘camouflagegeluid’ zodat de hennen niet kunnen schrikken van een omvallende emmer of het geluid van een vliegtuig.
Als Frans Smets nu zijn bedrijf zou uitbreiden, zou hij zeker weer voor Jump Start kiezen. Frans: “Het komt door de mensen die bij Vencomatic Group werken. Het draait daar echt om de kippen. Ze zijn met hun vak bezig; dat voel je gewoon. Hun doel is een systeem dat zo super mogelijk is. Dat betekent een systeem waarbij zowel de boer als de hen zich goed voelt. Eigenlijk is Jump Start het Bobbejaanland van de hennen: ze bewegen en ze springen en ze kunnen overal op en in.”