Eric Hubers (53) is alweer zeven jaar vakgroepvoorzitter Pluimveehouderij bij LTO/NOP. Hij vindt het essentieel dat de belangenbehartiging voor de sector gebeurt door iemand die echt weet waarover hij praat omdat het vaak om complexe onderwerpen gaat. Eric: “Mijn motto is ‘door en voor boeren’. Want belangenbehartiging voor de pluimveehouder kun je alleen goed en effectief doen als je zélf ook pluimveehouder bent.”
Het vakgroepvoorzitterschap kost Eric veel tijd en energie maar hij vindt het ook razend interessant. “Je praat met overheden, ngo’s, dierenrechtenorganisaties, noem maar op. Je komt op mooie plekken en in bijzondere omstandigheden. Zoals met de laatste uitbraak van H5N8; toen zat ik onverwacht met de koning aan tafel. Willem-Alexander wilde precies weten hoe het nu zat met de vogelgriep.” Het is dus mooi werk maar door de grote verantwoordelijkheid ook zwaar. Wanneer Eric met de minister praat, voelt hij de hoge druk. “Je wilt het goed doen want er staat veel op het spel. Iedereen trekt aan je; je wordt door alles en iedereen geclaimd. Vooral bij een crisis zoals vogelgriep of fipronil, is het best zwaar.”
Dankzij zijn vrouw Marga (55) lukt het Eric om behalve vakgroepvoorzitter ook leghennenhouder te zijn. “Door het voorzitterschap ben ik de laatste zeven jaar veel van huis geweest. Marga neemt het leeuwendeel van het werk voor haar rekening. We hebben samen deze pluimveehouderij maar Marga is eigenlijk de directeur van ons bedrijf.” Dat de kinderen nu alle drie wat ouder zijn, maakt het ook wat makkelijker. De jongste is 21 en studeert Dierwetenschappen in Wageningen; dat is eventueel de opvolger, maar voorlopig gaan Marga en Eric nog door met hun bedrijf.
Tot april 2019 had familie Hubers vijf stallen met 125.000 leghennen. Omdat ze in 2018 een ruimere vergunning hebben gekregen, kunnen ze naar 135.000 kippen. Daarvoor zijn twee stallen afgebroken en vervangen door één grote. Zo ontstaat ruimte voor 70.000 vrij-uitloop en 65.000 scharrel. Voor de vijf oudere stallen – waarvan er dus inmiddels twee zijn afgebroken – heeft Eric indertijd gekozen voor het RED-L-volièresysteem. “Twintig jaar geleden ging ik kijken bij Lammy en Roelof Pol, de uitvinders van RED-L. Ik dacht: ‘Die hebben goed nagedacht.’ Het was toen allemaal heel nieuw maar ik had er direct vertrouwen in en wilde eventuele kinderziektes voor lief nemen.”
Met die kinderziektes viel het overigens wel mee. Wel moest geleerd worden hoe kippen zich precies gedragen in dit volièresysteem. Zo gingen ze de kippen op dit systeem opsluiten met netten en gaas zodat ze niet op de grond konden, maar dat was helemaal niet nodig. Eric: “Dat opsluiten waren we gewend van de kooisystemen. We vroegen ons af of de hennen wel gingen doen wat ze moeten doen als ze op de grond zouden zitten. Nu sluiten we ze alleen in het begin op zodat ze op de grond niet onder het systeem kunnen.” Wat direct opviel was dat de kippen veilig en makkelijk door het systeem kunnen bewegen. In een rijensysteem gaan de dieren verticaal van niveau naar niveau maar in RED-L springen ze zonder al te veel moeite recht vooruit van laag naar laag zoals ze dat ook in de natuur doen. “Vooral kippen aan het eind van de ronde hebben daar voordeel van. Onlangs gingen de laatste kippen weg op 97 weken en voor deze minder vitale dieren is het prettig als makkelijk van laag naar laag kan worden gesprongen.”
Als voordeel noemt Eric ook dat RED-L een portaalsysteem is met weinig palen. “Weinig palen vraagt om een grote overspanning en dat kan alleen als je een zwaar frame gebruikt. We zien dan ook een zware constructie die lang meegaat. Maar weinig palen betekent vooral een grote bodemvrijheid: de kip kan redelijk vrij op de grond van de ene naar de andere kant van de stal lopen terwijl het voor ons makkelijk schoon te maken is.” Eric kan overal goed bij en hij is ook te spreken over het overzicht dat RED-L hem biedt: “Door de structuur van het systeem kun je het koppel makkelijk controleren. Eerst ga ik boven kijken en dan bekijk ik alles vanaf de grond; daarna heb ik het allemaal goed gezien.”
Eric is tevreden over het RED-L-volièresysteem van Vencomatic Group. Maar toch stond het niet helemaal vast dat RED-L ook weer het systeem zou worden voor de grote nieuwe stal die de twee oudere stallen vervangt. “Tijdens de bouw van onze nieuwe stal ben ik mij opnieuw gaan oriënteren op de volièresystemen die op de markt zijn. Er zijn goede andere systemen van Nederlandse aanbieders te koop. Maar uiteindelijk heb ik toch weer voor RED-L gekozen; de goede ervaringen met het systeem in mijn stallen gaven daarbij de doorslag. Bovendien kan de laatste generatie RED-L ook uitgevoerd worden met Q-Perch, de paddenstoelvormige zitstok met aan de onderkant aan twee zijden een stroomdraadje waarmee bloedluizen worden verlamd.
Familie Hubers bouwt de laatste generatie RED-L in eigen beheer in haar nieuwe stal. Eric: “We doen het zelf maar we worden evengoed ondersteund door Vencomatic Group. Er is tussentijdse afstemming, overleg over het design en over eventuele aanpassingen.” Eric vindt het ook wel logisch dat de samenwerking zo goed gaat want hij en Vencomatic Group kennen elkaar al twintig jaar. “Ik zie regelmatig dat monteurs van het eerste uur nu in de buitendienst werken. Ja, die weten precies waarover ze het hebben en daarom loopt het nu soepel met het inbouwen van RED-L in onze nieuwe stal: in samenspraak met Vencomatic Group, op onze manier.”