“Het vervoer van bebroede eieren is natuurlijk veel beter dan van kuikens, je vervoert dan geen levende wezens die soms urenlang zonder voer en water zitten. Het gevolg is wel dat de bebroede eieren op het pluimveebedrijf moeten uitkomen, dat noemen we ‘on-farm hatching’ of ‘uitkomst in de stal’.”
Freek Leijten is Product Manager bij Vencomatic, hij heeft veel onderzoek gedaan naar ‘on-farm hatching’ en het vervoer van bebroede 18-daagse eieren. Hieronder wat tips.
“In 2004 ontwikkelde Vencomatic samen met de familie Kuijpers een oplossing waarbij je het uitkomen van de kuikens integreert in het huisvestingssysteem. On-farm hatching vervult drie natuurlijke basisbehoeften van het kuiken vanaf het uitkomstmoment: voer, water en verse lucht.”
“On-farm hatching heeft verschillende voordelen, vooral dat de vleeskuikens een stuk gezonder zijn omdat ze direct toegang tot voer en water hebben. Dat bevordert de orgaanontwikkeling, er zijn minder risico’s op kruisbesmetting en een betere diergezondheid maakt het management van de kuikens eenvoudiger. Daaronder valt ook het vervoer van de bebroede eieren.”
“We onderscheiden verschillende fasen van het vervoer van bebroede eieren: de vrachtwagen voorbereiden, het wachten bij de broederij, het vervoer zelf en de aankomst op de boerderij. Onderaan dit artikel zijn alle tips bij elkaar gezet, ik bespreek hier de belangrijkste.”
“De vrachtwagen moet ontsmet en voorverwarmd zijn, maar niet teveel: als ze te warm worden, komen de eieren te snel uit. Te koud is zelfs beter dan te warm. We adviseren om met broedramen te vervoeren, dat zijn trays waar de broedeieren op liggen, met verschillende afmetingen. De trays worden getransporteerd in speciale broedkarren, die weer worden gebruikt in een broedmachine. We adviseren de eieren niet te stapelen, om te voorkomen dat ze te warm worden. In een broedkar of transportkar heb je daarop de minste kans.”
“Tijdens het transport moeten de broedkarren natuurlijk goed vastzitten, je moet ook voorzichtig rijden. Er is een maximum van 14 uur van broedkast naar vleeskuikenstal, maar wij hebben goede ervaringen tot 8 uur. Een ruimtetemperatuur tussen 28 en 32 graden is aan te raden, dan worden ze niet te warm. Bij aankomst op het bedrijf moet je de broedeieren zo snel mogelijk in de stal zetten, anders wordt het broedproces vertraagd door de kou.”
“De ruimtetemperatuur in de stal moet tussen 28 en 35 graden zijn. Vervolgens ga je de stal verder opwarmen naar maximaal 35 graden, je moet daarbij vooral en altijd sturen op de eischaaltemperatuur. Die meet je met een speciale oorthermometer, op de zijkant van het ei. Deze metingen wordt ook wel eens met infrarood gedaan, maar er wordt nog wel eens gediscussieerd over de betrouwbaarheid.”
“Als je je aan onze richtlijnen houdt wel. Het draait vooral om de temperatuur, we weten inmiddels dat CO2 of luchtvochtigheid tijdens het transport geen rol van betekenis spelen.”
“We hebben zelfs klanten die zelf een broedkast hebben en het broedproces naar de stal hebben gehaald, voornamelijk vanwege de lagere kostprijs en de kortere keten. In Noord-Holland hebben we twee pluimveehouders die het Patio systeem gebruiken, ze delen een broedkast. Ze doen zelf de voorbroed en dan heb je minder transport. Dat is helemaal ideaal natuurlijk.”
Overzicht van richtlijnen 18-daagse bebroede eieren
Voorbereiden geconditioneerde vrachtwagen
Wachten bij broederij
Vervoer
Aankomst op de boerderij