Marco Steinz (42) houdt samen met zijn vrouw Doreen in Skäßchen in de Duitse deelstaat Saksen ruim 200.000 vleeskuikens. In het oosten van Duitsland is het zakendoen hetzelfde als in Nederland maar ook een beetje anders; met dat beetje anders moet je wel rekening houden anders werkt het niet. In 2017 is Marco overgestapt op 'on-farm hatching' met het X-Treck-systeem. Dat overstappen gebeurde in één keer en was daarom best spannend.
Marco Steinz werkt negentien jaar in Duitsland en dat hoor je ook aan zijn licht Duits accent. Marco: “Ik ben in Duitsland begonnen als bedrijfsleider op twee melkveebedrijven maar ik heb altijd al het idee gehad om kippen te gaan houden. Bovendien zijn de pluimveeprijzen stabieler dan de melkveeprijzen. En de Duitse pluimveeprijzen zijn weer stabieler dan die in Nederland want de Nederlandse markt reageert veel sneller op invoer uit het buitenland.”
Zakendoen in het oosten van Duitsland is volgens Marco hetzelfde als in Nederland. Al zijn er kleine verschillen die heel groot kunnen worden als je daar geen rekening mee houdt. “Handel drijven is hier als in Nederland. Maar als Nederlander heb je toch vaak de neiging om het spel wat harder te spelen en daar moet je wel mee oppassen. Als iemand echt zijn bodemprijs noemt moet je daar stoppen en niet nog eens het onderste uit de kan willen halen. En wat echt niet kan is, om de prijsonderhandeling in beweging te krijgen, een onbeschoft lage prijs neerleggen. Dan kijken ze je niet meer aan.” Marco wijst daarom op het grote belang van vooronderzoek voordat je in het oosten van Duitsland de prijsonderhandeling begint: wat is een gangbare prijs en wat is precies de onderhandelingsruimte?
Terwijl er in Nederland voor pluimveehouders veel verschillende concepten zijn zoals Beter Leven Kip of de Goed Nest Kip, is volgens Marco in Duitsland vooral Initiative Tierwohl (ITW) van belang. Behalve op meer Beschäftigungsmaterial zet ITW vooral in op minder dieren in de stal: 35 kg per m2 terwijl dat normaal 39 kg is (en in Nederland 42). Marco: ”Wij hebben in totaal 208.000 vergunde stalplaatsen verdeeld over onze vijf stallen: een stal van 1.750 m2 en vier stallen van 1.800 m2. Meedoen aan ITW betekent dus dat we 21.000 dieren minder in de stallen hebben. Voor ITW-vleeskuikens wordt wel iets beter betaald.”
Initiative Tierwohl streeft naar een hoger niveau van dierenwelzijn en daarom past het volgens Marco zo goed bij on-farm hatching. “Je bent niet meer onderweg met pas uitgekomen kuikens en daar zit hem de grote winst voor het Tierwohl. Een stressloze start voor de kuikens is prettiger voor de dieren en voor mij betekent het dat de kuikens uiteindelijk sterker zijn en nauwelijks last hebben van enterokokken. Ik hoop dat het binnen de pluimveesector echt helemaal de richting opgaat van 'on-farm hatching'. Als sector kunnen we namelijk alleen overleven als we rekening houden met dierwelzijn en zorgen dat de dieren gezond zijn. Maar dan moeten natuurlijk ook de prijzen kloppen die we voor onze producten krijgen.”
In 2017 begon Marco zich serieus te oriënteren op on-farm hatching-systemen en kwam toen vrij snel uit op het systeem van Vencomatic Group. “Voor een bedrijf met meer dan 200.000 dieren is de X-Treck het makkelijkst want dit systeem hangt op werkhoogte. Dus geen rekjes op de grond en geen gezoek op de stalvloer naar eieren die niet zijn uitgekomen.” Marco heeft veel overlegd met pluimveehouders in Nederland die al met X-Treck werkten. “Op Twitter zag ik foto’s en informatie over X-Treck en zo ben ik in contact gekomen met boeren die het systeem al gebruikten. Ik heb ze naar hun ervaringen gevraagd. Hoe werkt het? En hoeveel werk is het om over te stappen op X-Treck? Er werd me verteld dat die overstap wel meeviel.”
Daarna is iemand van Vencomatic Group bij Marco langs geweest. “Wat opvalt is de eerlijke benadering van de mensen van Vencomatic. Van broederijkuikens naar 'on-farm hatching' is een grote stap; je gaat een gedeelte van het werk van de broederij overnemen zoals het selecteren van de kuikens. Ze vertelden me eerlijk wat me te wachten stond en ik kon ook in Nederland komen kijken op bedrijven die X-Treck al hadden.” Vervolgens is iemand van Vencomatic uitgebreid in de stallen komen kijken. Er werd gekeken waar de balken in het plafond van de stallen lopen en alles werd nauwkeurig opgemeten en verwerkt in de tekeningen. “Ze doen er echt alles aan om de overstap te laten lukken.”
In december 2017 is alles ingebouwd voor de overstap naar 'on-farm hatching'. Marco: “Dat was best spannend want we hadden besloten om in één keer alle vijf de stallen te doen. Dankzij de zeer grondige voorbereiding van Vencomatic is dat gelukt en daarbij hebben we zelf zoveel mogelijk geholpen. Alle X-Treck-onderdelen zijn in één keer afgeleverd; er was geen nabestelling nodig. Binnen drie weken waren alle vijf de stallen klaar. En toen ze alles netjes hadden opgeruimd, konden we allemaal thuis Kerst gaan vieren.” Nadat alles was gedesinfecteerd, kwamen in januari 2018 de eerste eieren.
De eerste keer dat de eieren in de stallen van Marco uitkwamen, was er een medewerker van Vencomatic Group bij. “Voordat de eieren uitkwamen, keek hij vooral nog eens goed naar de ventilatie. Hij heeft alles gemeten om te controleren of er niet te veel wind was over de eieren; daar waar nodig is dat bijgesteld.” Omdat er veel belangstelling was van zijn Duitse collega’s, organiseerde Marco voor hen een open dag. “Ze wilden toch wel eens zien hoe dat precies werkt met 'on-farm hatching' en X-Treck. Onze open dag is drukbezocht door pluimveehouders uit heel Duitsland.” Van de eieren komt nu gemiddeld 98 procent uit. Een goed resultaat dat volgens Marco ook te danken is aan de Nederlandse broederij Schotman. “Een goed uitkomstresultaat is mooi maar wat vooral prachtig mooi is, is het uitkomen in de stal; een wonder waar je echt stil van wordt.”