“Je hebt drie soorten kalkoenmoederdieren: zware, middelgrote en lichte. De zware vind je vooral in Duitsland, Italië, Amerika en Engeland. In Frankrijk zijn ze wat minder zwaar, omdat de eieren en kuikens vroeger naar de Mahgreb-gebieden in Afrika werden geëxporteerd. Daar eet men in het algemeen lichtere vleeskalkoenen als één geheel, geen ‘cut-ups’.”
Peter-Bart Lichtenbeld is Regio Sales Director Afrika bij Vencomatic Group, hij heeft veel ervaring met de kalkoennesten van Vencomatic: “Er zitten over de hele wereld ongeveer zes miljoen kalkoenmoederdieren, vrijwel de helft in Europa en de andere helft in Amerika. Elk land heeft wel wat kalkoenmoederdieren, maar de meeste zitten in Noord-Amerika en Frankrijk. Het is een hele specifieke markt.”
“Jazeker. In Europa hebben we kleinere stallen en stabielere elektriciteitsvoorziening, de familiebedrijven zijn vaak wat vindingrijker bij technische problemen. In Amerika zie je vooral grotere bedrijven met ‘vreemd’ personeel. In Frankrijk zie je juist veel integraties die vooral werken met ‘contractors’, of juist kleinschalige boeren: en man en een vrouw met twee of drie stallen. De Fransen zijn echte specialisten op kalkoengebied.”
“Het eten van kalkoen is ook heel cultureel bepaald, als je in Frankrijk uit gaat eten kun je overal ‘dinde’ bestellen en in Duitsland, Engeland en de VS is het ook veel meer ingeburgerd. In de VS is kalkoen natuurlijk vooral populair bij Thanksgiving. Van al het kalkoenvlees in de wereld wordt 41% in dat land geconsumeerd, veel meer dan nummer twee Brazilië, waar ze bijna 8% afnemen.”
“Wij hebben de nesten altijd van hout gemaakt, dat is nog steeds ons belangrijkste materiaal. Bij de verdere ontwikkeling hebben we vooral veel samengewerkt, in het begin met Nederlandse kalkoenhouders. Daarna werkten we vooral veel met Duitse en Franse kalkoenhouders, de markt is daar veel groter. Na Duitsland breidden we uit naar Frankrijk, Spanje en Scandinavië, dat waren echte groeimarkten. Daarna zijn we het avontuur aangegaan in Canada en de Verenigde Staten.”
“Na Noord-Amerika zijn we ook begonnen in Brazilië, we hebben eerst testen gedaan bij een groot bedrijf en zijn daar met kalkoenlegnesten begonnen. Een kilo vleeskuiken is daar echter veel goedkoper dan een kilo kalkoen, de behoefte om te investeren is daardoor minder geworden .”
“De kalkoenmoederdierensector is heel arbeidsintensief, bij handmatig rapen moet de kalkoen elk uur van het nest af, anders worden ze te snel broeds en gaan ze geen eieren meer leggen. Als klanten een automatisch nest van ons gebruiken hebben ze méér broedeieren, omdat we minder kneus en breuk hebben, en schonere eieren.”
“Onze nesten leveren één tot twee broedeieren méér per hen, de eieren zijn ook schoner. Onze nesten zijn ook comfortabeler en qua onderhoud zijn de kosten lager. We hebben in de Verenigde Staten een klant die destijds alleen maar Vencomatic op zijn boerderij had. Hij was ooit topverkoper van een concurrent, maar hij zei ‘Ik heb jullie altijd bestreden, maar jullie waren eigenlijk altijd het beste’. Dat zegt veel, natuurlijk.”